Bepaalde activiteiten en materialen maken het schoollopen in het basisonderwijs aangenamer en interessanter. Ze gaan verder dan wat strikt noodzakelijk is om de eindtermen en ontwikkelingsdoelen te behalen. De kosten hiervan zitten in de maximumfactuur.
De maximumfactuur legt vast hoeveel scholen aan ouders per schooljaar maximaal mogen doorrekenen voor zaken die niet onder de ontwikkelingsdoelen en eindtermen vallen en die scholen dus niet gratis moeten aanbieden. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen twee maximumfacturen:
-
een scherpe maximumfactuur
Deze maximumfactuur omvat kosten voor activiteiten en materialen zoals daguitstappen, een verplicht tijdschrift, een museumbezoek enz.
De kosten voor zwemmen krijgen een speciale regeling. Elke leerling heeft recht op één schooljaar gratis zwemmen omdat het leren zwemmen een te behalen eindterm is. In de andere jaren kan de school voor vervoer en toegang tot het zwembad een bijdrage van de ouders vragen. Dit valt onder de scherpe maximumfactuur.
De bedragen van de scherpe maximumfactuur vind je hier.
-
een minder scherpe maximumfactuur voor alle meerdaagse uitstappen
Onder de minder scherpe maximumfactuur vallen de kosten voor meerdaagse uitstappen van het volledige basisonderwijs. Zo kan elk kind normaal gezien mee op uitstap.
De bedragen van de minder scherpe maximumfactuur vind je hier.